Financiële tool van CEBUD (Thomas More) zorgt voor menswaardig inkomen voor elke Belg
“OCMW’s hebben een meetinstrument nodig, zoals een dokter een thermometer heeft om de diagnose 'koorts' vast te stellen”, zegt Bérénice Storms, onderzoeksmanager van CEBUD, het centrum voor budgetadvies en -onderzoek van Thomas More.
Dat meetinstrument werd ontwikkeld door CEBUD en kreeg de naam 'REMI'. Met die tool kunnen maatschappelijk werkers op maat van elke cliënt beoordelen of een gezin een menswaardig inkomen heeft of niet. De federale regering investeert 70 miljoen euro in uitrol online tool 'REMI'
De federale regering maakt dit en volgend jaar telkens 35 miljoen euro vrij om REMI te verspreiden naar alle lokale besturen in België én om OCMW's te ondersteunen bij het geven van aanvullende financiële steun wanneer die REMI inzetten om tekorten vast te stellen.
REMI als redder in nood
REMI werd enkele jaren geleden met open armen verwelkomd bij verschillende OCMW’s in Vlaanderen. Zij waren echt op zoek naar een manier om te bepalen wat iemand juist nodig heeft qua financiële steun. De onderzoekers stelden vast dat er tussen OCMW’s heel wat verschil zat op hoeveel aanvullende financiële steun er werd gegeven voor eenzelfde type gezin. Ook binnen eenzelfde OCMW was er soms een verschil.
“Het is logisch dat OCMW’s daar veel vrijheid in hebben, want zij zijn het laatste vangnet, maar je voelt toch dat zo’n systeem wat wringt. Ook de OCMW’s zelf vinden die verschillen sociaal onrechtvaardig”, aldus Bérénice Storms. Met REMI zal dezelfde cliënt in verschillende OCMW’s telkens hetzelfde referentiebudget bekomen. Omgekeerd zullen verschillende cliënten binnen hetzelfde OCMW op maat verschillende referentiebedragen krijgen.
Extra middelen vanuit de federale regering
REMI werd in 2020 al opgenomen in het federaal regeerakkoord, wat onder andere inhoudt dat alle Belgische OCMW’s aangeraden worden om REMI te gebruiken. Nu gaat de regering een stapje verder. OCMW's die REMI gebruiken, kunnen de komende jaren een beroep doen op extra middelen vanuit de federale overheid. Met dat geld kunnen OCMW’s de licentie van de REMI-tool betalen en aanvullende financiële steun financieren, wanneer uit de REMI-tool blijkt dat het inkomen niet voldoet.
Hoe werkt REMI?
In de tool kunnen OCMW's heel wat gedetailleerde informatie ingeven over hun cliënt. Bijvoorbeeld: Uit hoeveel gezinsleden bestaat het gezin? Hoe oud zijn de kinderen? Krijg je kindergeld? Wat is je loon? Hoeveel bedraagt je huur en je energierekening? Welke ziektekosten heb je? Door al die vragen werk je echt op maat en kan je rekening houden met alle concrete uitgaven en inkomsten.
Wanneer je alle info ingegeven hebt, berekent REMI hoeveel geld het gezin nodig heeft om menswaardig te kunnen leven. Dat is het referentiebudget. Dit wordt vergeleken met de gezinsinkomsten. Kunnen de inkomsten niet worden verhoogd en de uitgaven niet worden verlaagd en is het referentiebudget toch nog hoger dan het beschikbare inkomen? Dan kan een OCMW aanvullende financiële steun geven.
Daarvoor krijgt elk OCMW dat met REMI werkt nu een bedrag van de regering.'
